Een overzicht van de Oltre Terra-expositie, met vitrines, diermodellen en videoschermen. Foto: Peter Tijhuis

De tentoonstelling Oltre Terra is filosofisch van aard en laat bezoekers nadenken over de relatie tussen schapen en mensen.

‘Natuurhistorische musea richten zich uitsluitend op de natuur, terwijl musea voor toegepaste kunst de nadruk leggen op menselijke creativiteit, zonder de wisselwerking tussen beide te belichten’, stelt de openingstekst van Oltre Terra. Deze reizende tentoonstelling is neergestreken in de kelder van het Stedelijk Museum in Amsterdam en probeert de relatie tussen mensen en schapen te onderzoeken.

Daarmee belicht deze tentoonstelling wel de wisselwerking tussen dier en mens, en in die zin is ‘grenzen oversteken’, zoals de vrije vertaling van Oltre Terra luidt, ook een terechte titel. Toch doen de tentoongestelde objecten meer aan wetenschapsmusea denken dan aan kunst. De tentoonstelling bevindt zich in één grote ruimte, waar in het midden vitrines en videoschermen zijn geplaatst in een soort stellingen. Er staan veel levensgrote schapen van polystyreen en kunsthars tussen, maar ook oude wolscharen, een boek met wolstaaltjes, een video van de veranderende wolkoers, een enkel schilderij, microscopische opnamen van menselijke haren en wol, modellen van verschillende dierenpoten en camerabeelden van rondlopende wolven.

Bedrogen
Wie op een kunstzinnige reflectie hoopte komt dus enigszins bedrogen thuis; de tentoonstelling is eerder filosofisch van aard. De bijschriften zijn dan ook geschreven door filosoof Emanuele Coccia en zetten zeker aan tot nadenken. Niet zozeer op een zweverige wijze; de tentoonstelling stipt vooral zaken aan waar de meeste mensen in het dagelijks leven vermoedelijk niet per se bij stilstaan. Zoals de mogelijkheid die wol ons bood om op koudere plekken te gaan wonen (geïllustreerd door een wollen jas uit 1593), of de vraag of schapen hun vermogen tot verharen verloren omdat ze werden geschoren, of juist andersom: dat schapen stopten met verharen en mensen ze daardoor gingen gebruiken. Grappig object hierbij is het prototype scheerrobot uit 1983. Wegens technische problemen werd de robot nooit in productie genomen.


Boodschap
De tentoonstelling komt daarbij een stuk beter tot z’n recht door de teksten in het bijbehorende boekje te lezen. Los daarvan valt de betekenis van veel objecten ook wel te raden, maar is de boodschap toch minder veelzeggend. Bezoekers zouden dan ook verstoken blijven van geinige weetjes, zoals dat het Drents heideschaap afstamt van schapen die al in de bronstijd in Europa leefden, dat wolvezels met een diameter van 16 micron het waardevolst zijn en dat de ecologische ontwrichting die de introductie van schapen in Australië teweegbracht, mede veroorzaakt werd door de harde hoeven van schapen – die beschadigen de zachte grond, en inheemse dieren hebben zulke hoeven niet. De eerdergenoemde modellen van dierenpoten illustreren dit fenomeen.

Bijschriften
Best een interessante tentoonstelling dus, maar wel vooral door de bijschriften. Het meest conceptueel kunstzinnige element lijkt de installatie met video die in het midden van de ruimte speelt. De video toont al dan niet hardhandige aanrakingen tussen mensen en schapen, terwijl bezoekers worden uitgenodigd op een kriebelend tapijt van afgedankte wol te zitten. Wie naar meer van dit soort kunst op zoek is, kan in het Stedelijk natuurlijk terecht op de bovenliggende verdiepingen.

OLTRE TERRA
t/m 13 juli 2025
Stedelijk Museum Amsterdam
Entree museum: 22,50 euro