Unsung Heroes : het nieuwe album van La Nuova Musica zet het instrumentale aspect van de opera’s van Georg Friedrich Händel in de schijnwerpers.





LA NUOVA MUSICA




“Opera moet je vooral ook zien.” Als radiopresentator van een operaprogramma krijg ik deze wijsheid nog weleens te horen. Het is natuurlijk waar, maar het is ook weer gevaarlijk om te gaan luisteren met de ogen. Soms wordt het tijd om ons weer eens te concentreren op wat de noten ons vertellen, en niet alleen die van de zangers. Een operaorkest kleurt emoties in, geeft entourage en sfeer. De musici van een goed operaorkest weten dit en zijn hier actief mee bezig: onlangs nog belde mij een concertmeester om te vragen naar het effect van de – overigens briljante – interpretatie van het orkest in een bekende opera.

De instrumentale kracht van Händels muziek



David Bates en zijn ensemble La Nuova Musica scoorden een paar jaar geleden hoog met een schitterende opname van Glucks Orfeo ed Euridice : ze brachten een bijzonder dramatisch inzicht in deze opera door hun muzikale expressie, met dynamische verschillen en gekozen tempi die bijdroegen aan het vertellen van het verhaal. Iestyn Davies was de Orfeo en hij is in het nieuwe album Unsung Heroes wederom van de partij: een countertenor met een stem en een stijl die overeind blijven zonder de marketing die sommige van zijn collega’s behoeven. Sopraan Lucy Crowe en mezzosopraan Christine Rice zijn de andere twee fraai zingende solisten.
David Bates en zijn musici presenteren instrumentale muziek uit opera’s als Teseo , Rinaldo en Rodrigo en aria’s uit onder meer Giulio Cesare , Ariodante en Agrippina . Violist Thomas Gould, hoboïst Leo Duarte en fagottist Joe Qiu spelen de solopartijen in deze aria’s en instrumentale delen. Zij laten zien dat hun partijen vaak net zo virtuoos zijn als die van de zangers. Daarnaast maken ze duidelijk hoe Händel werkte met muzikale kleuren, bijvoorbeeld door de muziek een extra lading energie te geven met een kwinkelerende vioolsolo of – in het geval van een beroemde aria uit Ariodante – een indicatie van zowel het duister van de nacht als het verdriet van een ogenschijnlijk bedrogen karakter door het spel van de fagot.
Een mooi voorbeeld van de instrumentale kracht van Händels muziek is een scène uit Giulio Cesare waarin Cleopatra zich op verleidelijke wijze aan Julius Caesar presenteert. Voordat we Cleopatra’s stem horen, is ons de aanwezigheid van de jonge vorstin al voelbaar gemaakt door de niet-vocale muziek. De magie van haar verschijning, die zo veel indruk maakt op Caesar, wordt ons gebracht door het orkest.
David Bates en La Nuova Musica zijn net als in hun eerdere Gluckalbum meesters in het ons opnieuw laten luisteren naar muziek die we misschien te snel voor lief nemen. En naar alles wat Händel ons door het orkest laat vertellen.