Volgend jaar is het zover: Beethoven is dan 250 jaar geleden geboren. Producers, concertorganisatoren, musici - allen bereiden zich al voor op de nieuwe aandacht die wereldwijd naar Beethoven zal uitgaan. Pianist Igor Levit neemt de gelegenheid te baat om zijn visie op de complete pianosonates te demonstreren. Een negen-cd-box van Sony vormt zijn tijdige aftrap van het Beethovenjaar.

IGOR LEVIT
Een groot deel van zijn leven is hij daar al in ondergedompeld. Daarom werd niets aan het toeval overgelaten: de studio in voor perfectie: voor een fraaie akoestiek, een exquise vleugel, een uitgelezen klankbalans en natuurlijk een geïnspireerde interpretatie. Levit brengt hier niet zomaar de zoveelste complete Beethoven, maar eentje die wat toevoegt. En die staat als een huis. ‘Jarenlang al lééf ik in Beethovenmuziek,’ zegt hij, ‘dat begon met de Missa solemnis toen ik dertien was, en het is nooit meer gestopt.’




Wat er uitspringt, is vooral souplesse. Ook daar waar zich valkuilen bevinden en waar je wellicht een voorzichtige benadering zou verwachten. Zelden hoor je in de finale van op. 31 nr. 2 zo’n fraai breed gebaar, waarbij de motiefjes van vier noten volledig ondergeschikt worden gemaakt aan de frasering. Zelden hoor je het coda van de Appassionata zo lekker agressief en hartverscheurend expressief. En wat een etherische hoogten bereikt Levit in de driedubbele trillers aan het eind van opus 111, waarin werkelijk geen aarzelingetje is te bespeuren. Het Scherzo van de Hammerklavier -sonate is misschien wat aan de brave kant, maar daar staat een poëtische interpretatie van het verstikkende Adagio tegenover, met een melodielijn die nergens zoekraakt en modulaties die met agogische accenten extra spannend worden gemaakt. Ook in de fuga toont Levit zijn klasse, met puntgaaf contrapunt en nergens overdadig pedaal om oneffenheden te maskeren, zoals je elders nog wel eens tegenkomt. Levits pedaalgebruik is sowieso voorzichtig, wat de helderheid van de muziek ten goede komt.

Wat er uitspringt, is vooral souplesse



Vanzelfsprekend gaat hij de komende tijd met de Beethovensonates de boer op. Hij speelt ze bijvoorbeeld allemaal in Luzern, in de Elbphilharmonie in Hamburg en in het Konserthuset van Stockholm. Aan zulke mammoetreeksen waagden zich vroeger enkel grootheden als Pogorelich of Brendel. Een enorme concentratie is vereist om de caleidoscoop aan sonates permanent te beheersen en de uiteenlopende stijlen meester te blijven. Aan de overzijde van de oceaan krijgt Levit in het Beethovenjaar de gelegenheid voor losse sonaterecitals. Hij speelt dan in Carnegie Hall in New York, in het Kennedy Center in Washington, in het Symphony Center in Chicago en in de Davies Hall in San Francisco. Voor zover ze hem daar nog niet kennen, zal hij daar een extra uitroepteken op zijn toch al indrukwekkende cv plaatsen.