Door Paul Janssen - 26-05-2018 - Artikelen
BELCEA QUARTET

Het in 1994 opgerichte Belcea Quartet nam in zijn bijna 25-jarig bestaan de complete strijkkwartetten op van Beethoven, Brahms en Bartók. Ondanks het feit dat alle vier de musici opgroeiden in een communistisch land, kwam het werk van Dmitri Sjostakovitsj niet voor in hun discografie. Ook de briljante Poolse pianist Piotr Anderszewski liet het werk van de Russische componist tot nu toe op cd links liggen. En dat terwijl ze gezamenlijk Sjostakovitsj’ Pianokwintet uit 1940 al enige jaren op diverse concertpodia hebben gebracht. “We hebben een speciale band”, zei kwartetoprichter Corina Belcea al eens. “Niet alleen op muzikaal niveau, maar ook op menselijk terrein. We hebben een vergelijkbare achtergrond en hebben daarna onze voeding gekregen in andere Europese landen. Dat geeft een breed palet, maar in de kern blijft diezelfde achtergrond. We begrijpen elkaar direct.” En ze begrijpen het werk van Sjostakovitsj. Bochten van scherpe melancholie naar gemaakte vrolijkheid nemen de musici vanzelfsprekend. Als de componist schijnbaar bombastisch zijn punt wil maken pakken kwartet en pianist flink uit, als het dun en breekbaar moet, zoals aan het begin van het tweede deel van het Pianokwintet, is het dun en breekbaar. Het strijkkwartet en de pianist zetten ironie op de vanzelfsprekendste wijze naast diep verdriet, schreeuwende woede naast een glimlach. Het is alles bij elkaar een prachtige weergave van de voor de Sovjetautoriteiten vaak ongrijpbare Sjostakovitsj.
‘We hebben een speciale band’
Natuurlijk zijn er meer goede opnamen van het Pianokwintet, en zeker ook van het Derde strijkkwartet, maar het Belcea Quartet lijkt de ziel van de componist hier volledig bloot te leggen.
En dat schrijnt, vooral in het dubbelzinnige Derde strijkkwartet, een werk waarin Sjostakovitsj eieren voor zijn geld lijkt te kiezen nadat hij verschillende keren beschuldigd was van ‘formalisme’. Deze beschuldiging betekende in de Sovjet-Unie dat het veroordeelde werk in de ban gedaan werd en dat de componist in kwestie vele privileges mis liep. Om het zekere voor het onzekere te nemen gaf de componist de vijf delen van het Derde strijkkwartet bij de première in 1946 titels mee die het werk tot een verhaal over de oorlog leken te maken: ‘Luchthartige onwetendheid van een gewelddadige ramp’, ‘Gerommel van onrust en anticipatie’, ‘De krachten van de oorlog ontketend’, ‘Ter nagedachtenis aan de doden’, ‘De eeuwige vraag: Waarom? En voor wat?’ Ondanks het feit dat een enkeling meende dat Sjostakovitsj allerhande gecodeerde berichten tegen Stalin in het kwartet had gestopt, kwam hij er mee weg. Het is maar goed dat het Belcea Quartet destijds de première niet speelde. Music that speaks luidt de titel van de liner notes. En daar is niets te veel mee gezegd. Waar Sjostakovitsj zich in mist en mystificaties hulde, spreken zijn noten bij het Belcea Quartet onmiskenbaar over Sjostakovitsj zelf, over zijn strijd met de autoriteiten en over zijn houding jegens Stalin.
Het wachten is op de complete strijkkwartetten van Sjostakovitsj door het Belcea Quartet.
KIJK VOOR DE AANBIEDING OP PAGINA 11

SJOSTAKOVITSJ
QUARTET NO. 3, QUINTET
BELCEA QUARTET,
PIOTR ANDERSZEWSKKI
ALPHA 3760014193606
VKZ.NL/18349 € 16,99