Door Benjamin Rous - 26-11-2020 - Artikelen
Met een opname van de opera Demofoonte presenteert Brilliant Classics een waardevol voorbeeld van de vroege stijl van Christoph Willibald von Gluck. Tegelijkertijd is de opname een mooi eerbetoon aan de in 2015 overleden Alan Curtis, die de opera van de vergetelheid redde.
DEMOFOONTE

Aryeh Nussbaum Cohen

Alan Curtis
Grote hervormers worden zelden als zodanig geboren. Meestal lopen ze een behoorlijke tijd mee binnen het systeem voor ze besluiten dat overhoop te gooien. Dat geldt zeker voor Christoph Willibald von Gluck. In zijn drie grote Weense hervormingsopera’s – Orfeo ed Euridice , Alceste en Paride ed Elena – keerde hij zich tegen het traditionele model van de opera seria met zijn onnodige virtuositeit en de pronkzucht van individuele zangers die ten koste gingen van het drama. Maar daarvóór componeerde Gluck een behoorlijk aantal werken waarin hij de heersende conventies niet bestreed, maar met groot succes volgde. Brilliant Classics brengt met een opname van Demofoonte een prachtig voorbeeld uit van zo’n vroege Gluck.
Briljante, opwindende en ontroerende muziek
Na het sensationele succes in 1742 van Glucks allereerste opera Artaserse in het theater aan het hertogelijke hof van Milaan, op dat moment het grootste en beroemdste theater in het noorden van Italië, kreeg de componist onmiddellijk een nieuwe opdracht voor het volgende seizoen. Dat werd Demofoonte , en net als voor zijn eersteling gebruikte Gluck voor deze opera een libretto van Pietro Metastasio, de invloedrijkste tekstdichter binnen het genre van de opera seria .
Het is inderdaad een typische Metastasio, waarin de plicht van de heerser, in dit geval de koning van Thracië die elk jaar een adellijke maagd aan de goden moet offeren, in conflict komt met vaderliefde en er sprake is van allerlei heimelijke romantische verwikkelingen. Het eindigt met een voor het genre verplichte happy end: de barbaarse offerpraktijk komt ten einde en liefdesgeluk gloort voor twee voor elkaar bestemde koppels. Dat alles gebeurt in een muzikaal parelsnoer van opeenvolgende aria’s waarin zangers hun kunnen optimaal konden etaleren.
Demofoonte was een van de laatste grote projecten van de in 2015 overleden dirigent Alan Curtis, die tijdens zijn loopbaan talloze barokopera’s op de planken bracht die vaak al sinds de achttiende eeuw niet meer te horen waren geweest. Hij maakte van Glucks dramma per musica een nieuwe editie. Hoewel de aria’s, het duet aan het slot van de tweede akte en het slotkoor volledig bewaard waren gebleven, ontbraken vrijwel alle secco-recitatieven. Die componeerde Curtis zelf, waarbij hij zo trouw mogelijk bleef aan de vroege stijl van Gluck. In 2014 volgde de eerste moderne uitvoering van Demofoonte . Voor die uitvoeringen en de opname verzamelde Curtis een uitgelezen cast, waaronder klinkende namen uit de barokmuziek als Ann Hallenberg en Romina Basso.

Nerea Berraondo
De verleiding is groot om in Glucks vroegere opera’s al op zoek te gaan naar de zaden van zijn latere stijl. Dat lijkt toch in het geval van Demofoonte vergeefs. Toch bewijst deze opname dat het eeuwig zonde zou zijn om alles wat Gluck vóór zijn Weense hervormingsopera’s componeerde zomaar af te schrijven. We horen weliswaar een componist die nog keurig in de pas loopt, maar Demofoonte laat duidelijk horen dat Gluck ook binnen het heersende model moeiteloos de briljantste, opwindendste en ontroerendste muziek wist te componeren.
