Door Paul Janssen - 26-09-2019 - Artikelen
De Nederlandse pianist Jeroen van Veen werd bekend als advocaat van het werk van Simeon ten Holt, maar geldt inmiddels als de grote voorvechter van alles wat met minimal music en cross-overs tussen jazz, minimal en klassiek te maken heeft. Zijn jongste loot aan de stam is een box met vijf cd’s vol met de pianomuziek van de Japanner Ryuichi Sakamoto.
JEROEN VAN VEEN

De naam Ryuichi Sakamoto doet ongetwijfeld niet bij iedere muziekliefhebber een licht branden. Films als Merry Christmas, Mr. Lawrence , The Last Emperor en Little Buddha doen dat waarschijnlijk wel. Sakamoto is de componist achter de muziek bij deze films en hij acteerde in Merry Christmas, Mr. Lawrence naast David Bowie. Daarnaast verwierf hij enige faam met zijn Yellow Magic Orchestra dat met zijn synthesizerrock aan het eind van de jaren tachtig een voorbeeld werd voor vele house- en technomuzikanten.
Dat Sakamoto en zijn stemmige, melancholische en intrigerende pianomuziek niet net zo bekend is als het werk van geestgenoten als de Italiaan Einaudi of de Koreaan Yurima, heeft alles te maken met de grilligheid van Sakamoto als uitvoerend musicus. “Sakamoto heeft een jazz-achtergrond en improviseert veel”, zegt Jeroen van Veen. “Dat maakt het lastig om muziek van hem te vinden. Vele transcripties zijn slecht en bovendien heel moeilijk verkrijgbaar. Ik wilde al heel lang wat met zijn muziek doen, maar hoewel de improvisatiekant mij trekt, houd ik mij als ik muziek opneem graag aan de noten.”
Dat Van Veen zich graag aan de noten houdt heeft met zijn muzikale opvoeding te maken, zegt hij zelf. “Mijn docent Alwin Bär zei altijd: ‘Als ik met de partituur op schoot zit te luisteren moet ik het kunnen volgen, het moet kloppen.’ Daar heb ik mij altijd aan gehouden.”
‘Ik wil mensen meenemen in mijn fascinatie’

Dat hij uiteindelijk vijf cd’s vulde met de muziek van Sakamoto heeft alles te maken met het beleid van Brilliant Classics, waar Van Veen al jaren zijn cd’s uitbrengt. “Als je iets doet, doe het dan goed en zo compleet mogelijk, zo is het beleid. Dat vind ik mooi, want zo kun je een gedifferentieerd beeld van een componist geven.”
En bij Sakamoto is dat beeld inderdaad divers. De ene keer gromt ‘de motor van Reich’ in zijn werk, de andere keer heerst ‘de verstilling van Satie’. “Hij komt net als Steve Reich, Jacob ter Veldhuis, Max Richter en Yurima uit de elektronische hoek. Het creëren van sound is zijn tweede natuur, en dat maakt zijn werk zo interessant.”
Daarbij is de duidelijke link met de tonaliteit voor Van Veen heel belangrijk. “Sakamoto is niet zoals Yurima alleen van de mooie melodieën. Er komt werkelijk geen akkoord langs waar niets aan is toegevoegd, dat maakt ook zijn harmonische taal erg rijk. Bovendien kent hij zijn klassiekers. In zo’n stuk als Ubi is Chopin opeens heel dichtbij. Wat hij heel erg goed beheerst is een vorm van verstilling tegenover het voortgaan van de tijd.”
Precies dat trok Van Veen ooit aan in het werk van Simeon ten Holt. “De manipulatie van de tijd versus de puurheid van de klanken, dat raakte mij. Ik ben naar Ten Holt toegegaan en heb uiteindelijk een jaar met hem gestudeerd.”
Vanaf de vroege jaren negentig maakte Van Veen furore met zijn uitvoeringen en opnamen van Canto Ostinato , het bekendste werk van Ten Holt. “Zijn andere werken, die ik vaak veel beter vind, worden nog veel te weinig gespeeld, dus er is nog veel werk te doen.”
Van Veen heeft inmiddels een groot eigen publiek opgebouwd. Vooral met zijn zogenaamde ligconcerten trekt hij ook veel jonger publiek. “Ik vind het geweldig dat een jongere generatie geld uit wil geven voor kunstbeleving”, zegt de vijftigplusser met enige trots. “Ik wil mensen meenemen in mijn fascinatie en een ligconcert is een geweldige manier. Ik merkte dat mensen in de concertzaal afgeleid raakten. Mijn eerste herinneringen naar intens genieten van muziek gaan terug naar de momenten dat ik onder de piano lag terwijl mijn moeder Chopin speelde. Vandaar dat ik bij de ligconcerten terechtkwam. Er is inmiddels veel animo voor.”
‘Het creëren van sound is zijn tweede natuur, en dat maakt zijn werk zo interessant’
Van Veen, die ook zelf componeert, voelt zich ‘een pastoor die muziek promoot’. En hoewel hij jarenlang met zijn broer Maarten een pianoduo vormde dat ook complexe avant-gardepartituren speelde, blijft zijn aandacht vooral op de minimal music en aanverwante zaken gericht. “Ik vind het een heikel punt dat veel mensen afgeven op het werk van iemand als Einaudi, Yurima of zelfs Glass omdat het geen muziek zou zijn. Hun werk wordt verbannen uit sommige concertzalen. Het lijkt wel of we leven in de jaren dertig van de twintigste eeuw. De hele minimal music en alles wat daar tegenwoordig uit voortgekomen is, heeft een enorme impuls gegeven aan de klassieke muziek. Ze vormt voor vele jongeren een ingang en hun weg naar Chopin, Bach enzovoort. Ik kan mij erover opwinden dat daar zo min over gedaan wordt, ook al vindt deze muziek zijn weg uiteindelijk toch wel.”
WWW.JEROENVANVEEN.COM
KIJK VOOR DE AANBIEDING OP PAG. 68
