Zo'n 27 procent van de beukenbomen op de Veluwe bloeiden dit jaar en leveren voor het dertiende jaar op rij nootjes. Foto: ImageSelect.

Beuken leveren heel wat voedsel op, al valt dat dit jaar tegen.

Maar liefst 5,4 miljoen kilo eikels en beukennootjes vielen er dit jaar op de Veluwe, zo schatten Vereniging Wildbeheer Veluwe en Faunabeheereenheid Gelderland (Nature Today, 27 september). Een aardig mastjaar dus, al lagen er in 2000 nog bijna twee keer zo veel nootjes op de bosgrond. Dit jaar is vooral de bijdrage van inlandse eiken met 4,7 miljoen kilo groot; van de beukenbomen (Fagus sylvatica) bloeide dit jaar maar 27 procent. Van de bomen die gebloeid hebben is de opbrengst in beukennootjes aardig, maar het blijft in totaal een relatief kleine hoeveelheid.

Toch zijn de beukennootjes die wel op de grond liggen ook opvallend. Waar beuken van oudsher om het jaar nootjes lieten vallen, of zelfs met langere tussenpozen, zijn ze er nu – waarschijnlijk dankzij klimaatopwarming – al voor het dertiende jaar op rij. Verschillende bosdieren kunnen nu dus jaarlijks van deze voedselbron gebruik maken, in plaats van enkel in goede mastjaren.

VOLKSNAMEN

Behalve beukennootjes levert een beukenboom ook schors op waar redelijk op te schrijven valt. Mogelijk lijken veel volksnamen voor deze boom – beuk, beech, Buche – daarom op het woord voor boek. Wie diep in de etymologische oorsprong van deze woorden duikt, komt uiteindelijk op de Proto-Indopese woordstam phegos. Uit die stam ontstond waarschijnlijk ook het Oud-Griekse woord φάγω of fago, dat eten betekent. In de Oudheid stond de beuk met haar voedzame nootjes al bekend als fagus. Linneaus nam de naam in 1753 over in Species Plantarum, als genusnaam voor de beukenboom. Overigens bevatten beukennootjes het giftige stofje fagine, dus mensen die beukennootjes eten doen er goed aan ze even te roosteren en de hoeveelheid beperkt te houden. Dan blijft er ook meer over voor eekhoorns, muizen, zwijnen en andere bosbewoners. Beukennootjes zijn immers onlosmakelijk met het bos verbonden: soortstoevoeging sylvatica staat vrij vertaald uit het Latijn voor ‘in het bos groeiend’.