Door Steijn van Schie - FOTO: RS RANKE - 03-09-2022 - Entomologie

Als larve geeft deze L. villosa-kever symbionte bacteriën door aan de volgende generatie.
Drie compartimenten op keverruggetjes blijken een veilige haven voor symbionte bacteriën terwijl kevers een volledige gedaanteverwisseling ondergaan.
Vrouwelijke larven van Lagria-kevers bewaren symbionte bacteriën in drie afgesloten compartimenten op hun rug; de rugzakjes beschermen de bacteriën terwijl de kevers een volledige gedaanteverwisseling ondergaan. Wanneer kevers uiteindelijk als volwassene tevoorschijn komen, verplaatsen de bacteriën richting genitaliën waardoor eieren, larven en poppen beter beschermd zijn tegen schimmels. Dat schrijven Deense en Duitse biologen 30 augustus in Frontiers in Physiology.
Klieren
Bij veel keversoorten uit het Lagria-geslacht dragen vrouwtjes een combinatie van gunstige bacteriën bij zich in een tweetal klieren naast de eileider. Na de eileg deponeert ze de antibioticaproducerende bacteriën op de eieren. De biologen laten nu bij twee keversoorten zien – L. villosa en L. hirta – dat de symbionten het ei-oppervlak na uitkomst van de eitjes verlaten om drie tweelobbige zakjes te koloniseren op de ruggen van de larven. Bij mannetjes zijn de compartimenten rudimentair: ze bevatten weinig tot geen symbionte bacteriën.
Kraaltjes
Vervolgens proberen de onderzoekers de bacteriële reis van rugzak naar genitaliën na te bootsen door kleine fluorescerende kraaltjes over vroege poppen te strooien. Tijdens het uitkomen blijken de kraaltjes door schudbewegingen en frictie automatisch richting genitaliën te bewegen. Hoe de bacteriën uiteindelijk de klieren bij de eileider koloniseren blijft onduidelijk.